de wereld in je

Elders op deze blog zie je dat ik het ook doe: menselijk en niet-menselijk naast elkaar plaatsen, en dus een onderscheid maken tussen die twee categorieën. Volgens filosoof Emanuele Coccia is dat een vergissing. Zo stel je immers tegenover het menselijke een andere categorie die bestaat uit zaken die onderling niets met elkaar te maken hebben, bijvoorbeeld champignons, lieveheersbeestjes en olifanten – terwijl het helemaal niet evident is dat een lieveheersbeestje dichter bij een paddenstoel staat dan bij mensen.

Dit soort benadering leidt volgens hem tot een reductionistisch naturalisme, waardoor datgene wat de mens menselijk maakt teruggevoerd wordt tot een spel van blinde moleculen. Waarom zou je immers de zaak niet omdraaien, en onderzoeken hoe je datgene wat de mens menselijk maakt (rationaliteit, taal, spiritualiteit) ook terugvindt bij elke andere levensvorm, zij het iedere keer in een verschillende vorm of verschijning?

Emanuele Coccia wordt uitgebreid geïnterviewd hierover in SOLDES almanach #6  uit 2019, in pre-coronatijden dus. Zijn stelling is dat het meest wezenlijke onderlinge verband tussen levende wezens niet loopt via de genetica of de voortplanting, die een grote familie van levende wezens zou doen ontstaan met onderling verschillende graden van verwantschap, maar “on est tous interconnectés parce qu’on ne cesse pas de manger les autres : chaque jour, vous mangez des êtres d’autres espèces”.

Wat maakt dan onder alle levende wezens juist bomen en planten bijzonder? Dat zij geen andere levende wezens eten. De natuur vertoont een ongehoord geweld: iedereen en alles eet alles en iedereen. Alleen de planten worden opgegeten, zonder dat zij zelf anderen eten. Dat betekent echter niet – zoals Peter Wohlleben wel lijkt te suggereren – dat je het samenleven van bomen en planten kan gebruiken als een model voor maatschappelijk samenleven. Want zelfs als planten een familieleven hebben en geen andere levende wezens eten, blijft toch dat zij zelf leven om gegeten te worden.

Voor Coccia is het een mysterie dat het blijkbaar het einddoel is van elk levend wezen om opgegeten te worden door andere levende wezens. Maar op die manier transformeert iedereen iedere keer wel opnieuw de ander tot zichzelf: je neemt de substantie of het vlees van een ander levend wezen en maakt het tot een deel van je eigen lichaam. En dat eigen lichaam deel je weer met de wereld. “D’un côté, il y a l’appropriation d’une partie du monde, pour en faire la chair de sa propre chair; de l’autre une partie de notre propre corps est restitué au monde, pour en faire un mobilier de cet univers vaste et infini. Avec le souffle, sujet et objet, moi et environnement, contenant et contenu ne cessent pas de changer de place.”

De daad van het ademen zelf toont inderdaad al dat het onderscheid tussen jou en de rest van de wereld materieel gezien een illusie is; het ademen dwingt je de hele tijd om je te vermengen met wat rondom je bestaat. Ademen betekent de substantie van de wereld tot je nemen en ze transformeren tot ik, of in de woorden van Coccia, een voortdurende constructie en deconstructie van jezelf. Dat maakt de relatie tussen mensen en andere levenden tot meer dan een puur morele relatie van respect; het is een vooral een intieme relatie, waarin gelijk welk levend wezen tegelijk deel uitmaakt van je verleden en van je toekomst.

2 gedachten over “de wereld in je”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s